Persoonsbeschrijving
Ann is 49 jaar en woont samen met haar man in Erembodegem.
Ze hebben een zoon, en werden 4 maand geleden grootouders van een meisje. Haar
echtgenoot, Jean-Marie, werkt als brandweerman. Hij heeft onregelmatige uren en
werkt lange dagen, waardoor Ann vaak alleen thuis zit. Toch heeft ze voldoende
bezighouding; er komen mensen op bezoek, op vrijwillige basis voor vrienden en
familie geeft ze massages/pedicure/manicure, ze probeert wat te klussen in huis
en maakt decoratie, … Voor haar operaties werkte ze in het Vredegerecht.
De oorzaak
De aanleiding van Anns aandoening kwam heel plots; van het
ene op het andere moment zakte ze plots ineen, met heel hevige hoofdpijn en
verlammingsverschijnselen aan de volledige rechterkant van haar lichaam. De oorzaak bleek een grote
cyste te zijn in haar hersenen, die een groot deel van haar hersenen bedekte en
ervoor zorgde dat het hersenvocht niet goed afgevoerd kon worden (hydrocefalie).
Ze werd met spoed geopereerd. Het was een van de ergste gevallen die neurologen
tot dan toe gezien hadden.
2 dagen na haar operatie trad er echter een hersenbloeding
op aan de linkerkant van haar hersenen. Ze lag dagenlang in coma in heel
kritieke toestand.
Hierna onderging ze nog 2 operaties aan de hersenen, waarbij
een drainagekanaal (shunt) werden aangebracht in de hersenen, naar de
buikholte, om de afvoer van hersenvocht te regelen.
Revalidatie
Na alle operaties kon de revalidatie beginnen. Ann moest
heel wat opnieuw leren; spreken, schrijven, stappen, … Het werd een lange
revalidatieperiode, maar Ann herstelde onwaarschijnlijk goed. Ze heeft wel nood
aan een wandelstok, en af en toe gebruikt ze ook een rolstoel (maar dit zo
weinig mogelijk). Tijdens het praten kan ze af en toe nog eens niet op een
woord komen, of weet ze niet hoe ze een bepaald woord moet schrijven. Maar dit
is allemaal behoorlijk beperkt.
De problemen
De gevolgen hiervan zijn op het eerste zicht niet zo
duidelijk; Ann loopt wel met een wandelstok, maar voor de rest merk je niets.
Ze is nog steeds een fiere dame, die zich graag opmaakt en goed gekleed gaat.
Ze wil niet dat mensen aan haar merken dat er iets mis is.
Ann heeft veel rust nodig. Elke dag moet ze in de namiddag,
van 13u – 15u30, slapen. Zonder slaap kan ze de dag maar heel moeilijk
doorkomen. Daarnaast neemt ze ook nog heel wat medicatie.
De aanleiding of aanzet tot een aanval is zichtbaar voor de
omgeving en voelbaar voor haarzelf: ze trekt wit in haar gezicht, haar ogen
willen niet meer meewerken, verschillende ledematen willen niet meer meewerken,
en uiteindelijk valt ze weg.
Naast de vermoeidheid speelt ook stress/nervositeit een belangrijke rol; als Ann gestrest raakt, willen haar ledematen ook niet meer meewerken. Zo moet er steeds iemand aanwezig zijn als ze haar kleindochter vast heeft (uit schrik om haar te laten vallen).
De grootste oorzaak voor een mogelijke ‘aanval’ is het teveel aan prikkels, en meer bepaald visuele en auditieve prikkels, maar ook gevoelsprikkels kunnen ondraaglijk zijn. Zo kan ze bv. niet meer dan 4 à 6 mensen (dicht) rond haar verdragen. Bij meer volk kan ze het lawaai niet langer verdragen. Maar ook visueel zorgen de bewegingen van al die mensen ervoor dat ze niet meer kan volgen en haar hersenen zich als het ware gaan afsluiten. Hierdoor is het quasi onmogelijk geworden om naar een feestje te gaan, ze miste zo o.a. het grootste deel van haar zoon zijn huwelijksfeest.
Naast de vermoeidheid speelt ook stress/nervositeit een belangrijke rol; als Ann gestrest raakt, willen haar ledematen ook niet meer meewerken. Zo moet er steeds iemand aanwezig zijn als ze haar kleindochter vast heeft (uit schrik om haar te laten vallen).
De grootste oorzaak voor een mogelijke ‘aanval’ is het teveel aan prikkels, en meer bepaald visuele en auditieve prikkels, maar ook gevoelsprikkels kunnen ondraaglijk zijn. Zo kan ze bv. niet meer dan 4 à 6 mensen (dicht) rond haar verdragen. Bij meer volk kan ze het lawaai niet langer verdragen. Maar ook visueel zorgen de bewegingen van al die mensen ervoor dat ze niet meer kan volgen en haar hersenen zich als het ware gaan afsluiten. Hierdoor is het quasi onmogelijk geworden om naar een feestje te gaan, ze miste zo o.a. het grootste deel van haar zoon zijn huwelijksfeest.
De gevolgen van deze
problemen
Doordat ze zo weinig volk kan verdragen, is naar feestjes
gaan vrijwel uitgesloten voor haar. Als ze het wel doet, kan ze al na max. 15
minuten niets meer verdragen en moet ze weg. Als ze zich dan even afzondert (5
à 20 minuten, afhankelijk van het moment), kan ze weer eventjes weg. Hierdoor
mist ze dus echter het grootste deel van het feest.
Hierdoor is in de auto rijden is onmogelijk (teveel
bewegingen), net zoals alleen gaan winkelen (teveel mensen, overweldigende
kleuren van producten), lezen, het bekijken van films met veel felle en
bewegende beelden, …
Het kort geheugen van Ann is aangetast, wat er dus voor
zorgt dat ze heel wat moet opschrijven (post-it, bord, nota’s in gsm,…).
Daarnaast mogen de meeste toestellen en dergelijke ook niet te ingewikkeld zijn
en maakt ze vaak gebruik van voorgeprogrammeerde toestellen.
Haar fijne motoriek is wel nog in orde (rechterkant iets
minder, maar toch nog goed genoeg om fijne dingen zoals een naald vast te
kunnen nemen).
Hulpmiddelen
De hulpmiddelen die ze tot nu toe gebruikt zijn oordopjes,
een aangepaste scooter en een traplift.
De traplift kwam er nadat ze enkele keren van de trap
gevallen was, en het dus te gevaarlijk werd. De aangepaste, op haar maat
gemaakte scooter zorgt ervoor dat ze toch eens ergens alleen naartoe kan. Zo
kan ze bv. haar zoon alleen bezoeken. De scooter wordt met de rechterhand
bediend (haar ‘slechtste’ arm). Wanneer haar arm niet meer wil meewerken, wordt
de gas niet langer ingeduwd en gaat de scooter automatisch stoppen.
De oordopjes zijn een groter probleem. Ze gebruikt oordopjes
die haar man meebrengt van op zijn werk. Het zijn dus eerder
veiligheidsoordoppen. Deze zijn ongemakkelijk en helpen onvoldoende.
De oplossing
Het belangrijkste hulpmiddel dat echt zou kunnen werken volgens
Ann, zijn betere oordoppen. Ze moeten makkelijk zijn in gebruik, enige tijd
meegaan, en vooral niet opvallend zijn. Ook het materiaalgebruik is belangrijk,
omdat de oordoppen voldoende geluid moeten tegenhouden, maar tegelijk
gemakkelijk moeten zitten en haar toch in staat moeten stellen om iets van gesprek
te volgen.
No comments:
Post a Comment